Snel naar:
Reisboekenshop
boeken & kaarten:
Vergelijkbare reizen:
Tell a friend
Wandelreis
Noord-India | Sikkim
Van dag tot dag
Reisbeschrijving, een opmerking vooraf
Het gaat hier om een avontuurlijke reis. Er zijn diverse factoren die onderweg onze reisplannen kunnen beïnvloeden, hoe goed de reis ook is voorbereid. Onderstaande reisbeschrijving geeft de hoofdlijnen van de reis weer. De reisleiding kan echter besluiten om tijdens de reis verschuivingen in het geplande programma aan te brengen. Dit kan bijvoorbeeld als gevolg van slechte weers- of sneeuwomstandigheden maar ook om bijvoorbeeld bij een extra festival aanwezig te kunnen zijn, om de groep een dag extra rust te geven, omdat er onderweg sprake was van (auto)pech, verandering van vluchtschema’s of door landslides o.i.d.
dag 1 vlucht Amsterdam – New Delhi
Vliegreis Amsterdam naar New Delhi. Transfer naar en overnachting in een comfortabel hotel in Delhi in principe dicht bij de luchthaven zodat je maximaal van die nachtrust kunt genieten.
dag 2 vlucht New Delhi – Bagdogra en transfer naar Darjeeling (2000 meter)
Vlucht van Delhi naar Bagdogra, in een kleine anderhalf uur vliegen we naar Bagdogra dat aan de voet van de Himalaya ligt. Hier staan jeeps klaar die ons vervolgens in 4 uur van het vliegveld naar Darjeeling-stad brengt, door groene rijstvelden de bergen in. De weg is erg smal en vol met kuilen, dus het gaat niet snel. We stijgen flink, het wordt snel koeler en al gauw zijn we omringd door theeplantages. Onderweg zien we waarschijnlijk de “toytrain” langzaam en grote roetwolken uitbrakend omhoog zwoegen. Als we het op 2000 meter hoogte gelegen Darjeeling bereiken, zijn we in een andere wereld. Dorpjes met houten en golfplaten huizen liggen hier schrijlings op scherpe bergkammen. De moesson (juni t/m september) levert een groeizaam klimaat en dat is te zien! Darjeeling is een aardige Himalayastad, die herinnert aan Engelse tijden toen het een belangrijk " hill station" was. Het is fantastisch gelegen tegen een steile helling. Op de achtergrond glinstert de eeuwige sneeuw van het Kanchenjunga-massief. Darjeeling is een regionaal handelscentrum dat vooral bekend is omdat hier de "champagne onder de theesoorten" vandaan komt. Naast de lokale Lepcha`s en Bhotia wonen hier ook Nepali, Indiërs uit het zuiden, Bhutanezen en Tibetanen. We komen aan het einde van de middag aan in Darjeeling en nemen onze intrek in het rustieke hotel. ’s Morgens kun je vanaf het dakterras kijken of de Kanchenjunga te zien is, wat bij helder weer zeker het geval is.
dag 3 Darjeeling, vrije dag
In Darjeeling hebben tijd om te dwalen door de vele gezellige straten en steegjes. Een straat verder is hier meestal ook een straat hoger (of lager)! Darjeeling heeft een interessante dierentuin met onder meer sneeuwluipaarden, Siberische tijgers en rode panda`s. Op hetzelfde terrein bevindt zich het bekende Himalaya Mountaineering Institute. Er is een Tibetaans vluchtelingenkamp en we kunnen een theeplantage bezoeken, waar je dan van alles leert over het hele productieproces van thee: drogen, rollen, fermenteren, branden en sorteren. Interessant!
dag 4 rijden van Darjeeling naar Yuksum, 1760 meter
Deze dag gebruiken we om naar Sikkim te rijden. De jeeps dalen langzaam af naar de rivier, die de natuurlijke grens tussen Bengalen en Sikkim vormt. De hellingen zijn prachtig groen en maken een jungleachtige indruk. Aan de kant van de weg zijn die typische en prachtige Indische ‘wegspreuken’ geplaatst zoals: ‘the journey of life is long and the path unknown’ of “better late than the late” of een van de vele andere varianten. Onderweg genieten we van de indrukwekkende omgeving. Niet voor niets wordt Sikkim het land van de landslides genoemd, ze zijn regelmatig zichtbaar tussen de groene hellingen. Net over de rivier is er een echte grensovergang waar de paspoorten en de vergunning om in Sikkim te mogen reizen worden gecontroleerd
Wat de Olympus was voor de oude Grieken, is de Kanchenjunga voor de Sikkimezen. Slechts twee andere bergen zijn hoger dan deze, maar volgens de Sikkimezen is er geen enkele zo majestueus. In de animistische beleving van de Lepcha`s is deze berg oppergod en zetel van de goden tegelijk. Dat is niet verwonderlijk. In heel Sikkim vormt deze berg een indrukwekkend decor. Het lijkt alsof de regen, de sneeuw, de rivieren en zelfs het gereflecteerde zonlicht door de Kanchenjunga over Sikkim wordt verdeeld. Een beklimming van deze berg zou heiligschennis zijn. Bergbeklimmers zouden daarom nooit verder gegaan zijn dan enkele meters onder de top. Dat is niet ons doel, maar we zullen wel proberen om zo dichtbij mogelijk te komen.
Ongeveer een uur voordat we in Yuksum aankomen maken we een mooie stop. We lopen het pad omhoog naar het klooster in Tashiding. Naast dit pad staan vele lange stokken met witte gebedsvlaggen. Dit wordt als het belangrijkste klooster van Sikkim beschouwd. Guru Padmasambava, de grote verbreider van het lamaïsme, zou hier in de negende eeuw gemediteerd hebben. Bovenop de heuvel bevinden zich 2 hoofdgebouwen waarin als we geluk hebben een puja wordt gehouden. Rondlopend stuiten we op een grote verzameling stupa’s en een lange Manimuur (met gebedsstenen) met veelkleurige stenen. Het is een mooi en indrukwekkend geheel, een goede introductie in de wereld van het tibetaans boeddhisme. Aan het eind van de middag nemen we onze intrek in het aardige hotel dat, met z’n mooie tuin, een beetje koloniaal aandoet.
dag 5 start trek: van Yuksum (1760 meter) naar Bakhim (2650 meter), 5 uur lopen
De dzo’s of paarden komen met hun drijvers bij het hotel. We beginnen de trek ter plekke. Nadat de bagage is opgeladen en de karavaan in gereedheid is gebracht zetten we ons in beweging. Op onze tocht lopen we vrijwel constant in het beschermde Kanchenjunga National Park. Eerst voert het pad door kleinere rijst- en groentenveldjes, door subtropisch regenwoud en langs Lepcha-huisjes. We worden nieuwsgierig nagekeken. De ongelooflijk groene nevelwouden zijn hier behangen met lianen, mossen en orchideeën. Rododendrons groeien hier in tientallen soorten, variërend van 20 meter hoge bomen tot kleine alpenroosjes. Sikkim heeft volgens schattingen zo`n 4000 tot 6000 verschillende soorten bloemplanten. Ook het vogelleven is hier zeer gevarieerd. Vooral de `Red-billed Blue Magpie` een lichtblauwe eksterachtige met een lange staart, laat zich nogal eens zien. Daarnaast zien oplettende trekkers soms vinken, bonte spechten en misschien lammergieren en/of sneeuwgieren (ook wel Himalayagier genoemd). Misschien zien we zelfs de zeldzame rode panda.
De eerste paar uur lopen we soms omhoog en dan weer een stuk omlaag. Na de lunch ergens in het bos zullen we overwegend stijgen. Alles bij elkaar klimmen we vandaag zo’n 1000 meter en steken via hangbruggen twee rivieren over. In Bakhim kamperen we op de plek waar tot de aardbeving van een paar jaar geleden een oude vervallen lodge staat. Het is bijzonder basic en we zullen moeten zoeken naar een goede plek om je tent op te zetten.
dag 6 Bakhim naar Pethang (3650 meter), 3½ tot 4 uur lopen
Vandaag lopen we wat korter dan gisteren. Het is een trapsgewijze lange maar makkelijke klim en weer 1000 meter omhoog. Je kunt nu voor ’t eerst de hoogte goed voelen, dus doe het rustig aan. We moeten nog wennen aan de hoogte! Op 3100 meter komen we door het dorpje Tsokha, waar we op de terugweg zullen kamperen. Het is een gehucht dat met misschien een 15-tal huisjes die met gebedsvlaggen versierd rond een klein meertje staan gegroepeerd. Aan dit heilig meertje ligt ook een Tibetaans Boeddhistisch kloostertje dat we bezoeken als de monnik met de sleutel tenminste aanwezig is. Tsokha is nog geen halve eeuw oud. Het werd gesticht door Tibetaanse vluchtelingen in het begin van de jaren zestig van de 20ste eeuw, na toestemming van de Indiase autoriteiten. Na Tsokha stijgen we verder en door een woud van rododendrons lopen we over een breed en goed aangelegd pad naar de open kampeerplaats bij Pethang waar we ook lunchen. De hele dag hebben we, bij helder weer, prachtig zicht op verschillende hoge besneeuwde toppen.
dag 7 Pethang naar Bikbari (3600 m) via Dzongri la (± 4250 meter), 6 uur lopen
Een prachtige tocht voert ons verder omhoog over een met rododendrons bedekte schouder van de berg. Rond lunchtijd komen we op de enorme open plek boven de boomgrens die Dzongri heet. In Dzongri lopen we door alpenweiden waar herders hun schapen en yaks laten grazen. Boven ons uit in het oosten torenen Mount Pandim (6691 meter), in het westen klimt de Singalilla Ridge op de grens met Nepal omhoog tot enkele toppen van boven de 7000 meter en daartussenin ligt de Kanchenjunga (8586 meter). Terug kijken we neer op hellingen begroeid met sparrenbossen. Hier groeit ook een markante zilversparsoort. Deze "Japans" ogende boom komt alleen voor in een klein gebied rond Sikkim en Oost-Nepal. Na de lunch klimmen we verder over een pasje van ongeveer 4250 meter hoog. Daarna dalen we af naar onze kampeerplaats in Bikbari. Deze ligt weer op 3600 meter, een ideale plek om verder aan de hoogte te wennen.
dag 8 Bikbari naar Dzongri (4020 meter, 3 uur lopen)
Vandaag keren we op onze schreden terug met een klim van ongeveer 700 meter naar de Dzongri La. Nu zijn we er wel aan toe om op deze hoogte op deze mooie plek te overnachten.
dag 9 Dzongri to Lamune (4160 meter), 4-5 uur lopen
De liefhebbers staan net voor het eerste ochtendlicht op. Een korte wandeling van zo’n 45 minuten brengt je op een mooi uitzichtpunt van waar je bij helder weer heel goed de keten omringende bergen kunt bewonderen: Tenzing Kang, Pandim, Kanchenjunga, Kabru Noord en Zuid met op de voorgrond de Kabru Dome kunt zien. Na het ontbijt lopen we een uurtje vrij vlak door lage bossen en struikgewas tot het punt waar het pad rechtsafslaat en de diepte induikt. Een uur later en 500 meter lager ligt Kokchorong met weer een primitieve berghut en volledig omringd door hoge naaldbomen. Hier steken we de rivier de Prek over om vervolgens op de andere over weer te klimmen. Na een uurtje komen we weer boven de boomgrens op de grote kampeervlakte Thansing. Er staan hier een paar stenen hutjes, meestal in gebruik door kookploegen van trekkinggroepen. Omdat het hier zo open is is het ook koud en winderig en wij geven er de voorkeur aan om hogerop in de vallei te kamperen bij Lamune. Het pad slingert zich door lage rododendronstruiken geleidelijk steeds hoger. De ene kant van de vallei wordt gevormd door kale rotswanden waar de watervallen vanaf spatten terwijl aan de andere kant de besneeuwde 6000+ meter toppen van Pandim en Tsering Kang te zien zijn. Misschien zien we aan het eind van de vallei nog een kudde blauwschapen!
dag 10 Lamune naar Goecha La (4920 meter) en terug, 7 uur lopen
’s Ochtends vroeg in de vrieskou verlaten we Lamune op weg naar het hoogste punt op deze reis. Vrij snel klimmen we de eindmorene op. Na een klein uur kom je bij het Samity Lake dat op 4200 meter ligt. Het meer is de heilige bron van de Prek Rivier en speelt een rol in het lokale geloof. Hier was tot voor kort de kampeerplaats voor het uitstapje naar de Goecha La. Omdat dit een heilig meer is, is het sinds kort verboden om hier te kamperen. Het meer ligt ingeklemd tussen donkere bergwanden en het kamperen hier moet een koude aangelegenheid zijn geweest. Verder gaat het geleidelijk omhoog tot we bovenop de morenewal zijn. Weer iets verder (in totaal ongeveer 2 uur lopen vanaf de kampeerplaats) komen we bovenop bij een uitzichtspunt op ongeveer 4400 meter hoogte. Voor sommigen zal dit misschien al genoeg zijn terwijl anderen hogerop willen. Er volgt een 50 meter steile afdaling waarvan je je kunt voorstellen dat dat een onmogelijkheid wordt als er veel sneeuw en/of ijs ligt. Eenmaal beneden vervolgen we onze weg voor ongeveer 1 uur over een zandvlakte, waarna we geleidelijk weer verder stijgen tegen de flanken van de berg. We lopen onderweg door een ruig landschap. We zijn hier omgeven door gletsjers en eeuwige sneeuw. Dan volgt er een stukje steil omhoog wat op deze hoogte een moeizame klus is. Verderop kunnen we de gebedsvlaggen die de pas markeren al zien wapperen. Op deze 4940 meter hoge pas kijken we recht tegen de Kanchenjunga aan. Als het weer meezit is dit een mooie plek om de meegebrachte lunch te nuttigen. Je kunt het grootse berglandschap met die enorme toppen goed op je in laten werken. Dan volgt de weg terug, hetzelfde als heen alleen een stuk makkelijker. De hele tocht neemt zo’n 7 uur in beslag.
dag 11 Lamune naar Kokchorong (3700 meter), 2-2½ uur lopen
We slapen een beetje uit vandaag, na de vermoeienissen van gisteren. Het is ook prettiger om op te staan als de zon de tent al verwarmt. Na het ontbijt lopen we – nog voldaan van gisteren- rustig terug. We dalen langzaam af naar Thangsing en verder door steeds voller bos naar Kokchorong. Hier overnachten we. De middag hebben we om lekker in het zonnetje te zitten en wie er behoefte aan heeft kan heerlijk baden in de glasheldere rivier. Ook deze plek is minder geschikt om met een grote groep te kamperen, in welk geval we dan voor een deel ook gebruik kunnen maken van de hut.
dag 12 Kokchorong naar Tsokha (3050 meter), 4-5 uur lopen
Om terug te lopen volgen we in eerste instantie niet hetzelfde pad als op de heenweg. We volgen nu de contouren van de bergwanden en licht “up and down” lopen we over een smaller en moeilijker begaanbaar pad in ongeveer 3 uur naar Pethang. De route gaat door een zeer gevarieerd oerwoud met modder, omgevallen bomen en watervallen. Gamashen kunnen op zo’n moment misschien wel handig zijn. Van Pethang dalen we over hetzelfde mooie pad af als waarover we omhoog zijn gelopen. De mensen in Tsokha hebben vlakke plekken gemaakt voor de tenten maar hier en daar kan ook een kamer worden genomen in een huis. Als we het kloostertje op de heenweg nog niet hadden bezocht dan doen we dat nu of zelfs morgenochtend. Voor ons voelt het nu -zo’n 1200 meter lager dan in Lamune- weer wat warmer aan.
dag 13 Tsokha naar Yuksam (1760 meter), 5 uur lopen
We lopen verder omlaag terug de warmte in over een pad dat ons voert door een prachtig bos. Het doet sprookjesachtig aan door de vele (baard)mossen en de rododendrons die zich van hun rode vel lijken te ontdoen. De geurende bomen en struiken, de enorme watervallen, het overweldigende groen en de “dikkere” lucht brengen je in een goede stemming. Net zoals we zijn weggegaan komen we ook weer terug: al wandelend keren we weer bij het hotel. Een lekker warme douche en daarna tenten drogen in de tuin. Wie nog energie heeft kan nog een kloostertje bezoeken. ’s Avonds nemen we hartelijk afscheid van de aardige paarden/dzomannen en van de attente keukenploeg die al die tijd de hele tijd zo goed voor ons heeft gezorgd. 1 Gids zal verder met ons meereizen naar de grens met Bhutan.
Dag 14 Yuksum - Pemayangtse
Het is een paar uur rijden over slingerende wegen naar het stadje Pemayangtse door de `foothills" van de Himalaya. In dit stadje is een heel mooi en oud klooster waar we nu echt de tijd voor hebben om dat goed te bekijken. Vooral de grote 3-dimensionale mandala is een bezienswaardigheid. We overnachten er in een eenvoudig hotel.
dag 15 Pemayangtse – Gangtok, via Rumtek
Met een busje rijden we vandaag verder naar de hoofdstad van Sikkim: Gangtok. Ongeveer 1 uur voor Gangtok stoppen we een aantal uren voor een bezoek aan het grote klooster Rumtek. Dit is de eigenlijke residentie van de Karmapa, op dit moment binnen het tibetaans Boeddhisme de meest invloedrijke man na de Dalai Lama. Er is hier ineens opvallend veel gewapende bewaking, misschien is het de angst voor een aanslag door de Chinezen? Het is een vrij groot complex met een groot hoofdgebouw waarin de ceremonies worden gehouden. Daarnaast staan er op het terrein gebouwen voor de studenten en monniken en er is een tempel waarin een met goed bedekte stupa staat waarin de resten van de 16e Karmapa worden bewaard. Om het hele complex loopt een pad dat je in ongeveer 20 minuten rond kunt wandelen. Deze “kora” lopen kan bijdragen aan het verbeteren van je karma. Vanaf Rumtek kun je aan de overzijde van het dal de vrij grote stad Gangtok al zien liggen. We overnachten er in een prettig hotel even boven het centrum van de stad.
dag 16 Gangtok, (1450 meter) vrije dag
In Gangtok zetelt de deelstaatregering van Sikkim. Vroeger was het de residentie van de Namgyal dynastie, die over Sikkim heeft geregeerd tot 1975. In dat jaar is Sikkim bij India gevoegd waarbij het de status kreeg van eigen deelstaat. In deze stad met zijn ±50.000 inwoners komen historie en moderne tijden samen. Hier kun je op je gemak door de stad dwalen, er zijn verscheidene markten die de moeite waard zijn, of een bezoek brengen aan het interessante Instituut voor Tibetologie. Vanuit het hotel kun je wandelen of je kunt eenvoudig per taxi je laten vervoeren naar allerlei bezienswaardigheden. Er is zelfs een kabelbaan van de bovenstad naar het centrum.
dag 17 Gangtok naar Bagdogra (5 uur rijden)
We verlaten Sikkim bij de grensplaats Rumpo en rijden West Bengalen weer binnen. Na een rit van ongeveer drie uur komen we uit de bergen in het laagland. Dit is het India zoals we wel kennen van films en het nieuws: warm, vlak, riksha rijders en overal een smeerboel.
In het voorjaar is het hier heet, in het najaar lekker warm. We rijden door rijstvelden en theeplantages en kleine dorpjes en stadjes naar het stadje Bagdogra vanwaar we meteen naar Delhi vliegen. In Delhi check je in in het naast het vliegveld gelegen hotel. Dan heb je nog even wat rust voor de nachtvlucht naar Nederland.
De mensen die de extensie Bhutan erbij hebben geboekt, gaan nu hun eigen weg en zij reizen vandaag naar de grens met Bhutan. Het hotel aan de Indiase kant van de grens in het stadje Jaigaon is eenvoudig.
dag 18 Delhi – Amsterdam
Net na middernacht stijg je op en 8-9 uur later land je op Schiphol, waar het dan vroeg in de ochtend is.