Snel naar:
Reisboekenshop
boeken & kaarten:
Vergelijkbare reizen:
Tell a friend
Expeditie
Nepal | Saribung | 6328 meter
Van dag tot dag
Een opmerking vooraf
Het gaat hier om een avontuurlijke reis. Er zijn diverse factoren die onderweg onze reisplannen kunnen beïnvloeden, hoe goed de reis ook is voorbereid. Onderstaande reisbeschrijving geeft de hoofdlijnen van de reis weer. De reisleiding kan zich echter genoodzaakt zien om tijdens de reis verschuivingen in het geplande programma aan te brengen.NB: Afhankelijk van acclimatisatie/weersomstandigheden en al dan niet snel halen van de top van Saribung, kan de route naar beneden mogelijk ook zuidelijker genomen worden. Dan gaan we niet via de Kang La richting eindpunt van de tocht, maar rechtstreeks langs Kyang, Meta en Koto.
dag 1 en 2 Amsterdam-Kathmandu
Deze dagen zijn gereserveerd voor een vlucht naar Kathmandu. Verschillende vluchtmogelijkheden vind je onder vliegtickets.
dag 3 Kathmandu
Verblijf in Kathmandu.
dag 4 van Kathmandu naar Pokhara
In de ochtend vliegen we naar Pokhara, gelegen aan de voet van het Annapurna-gebergte. Onze vlucht volgt een koers die parallel loopt aan de grote Himalaya keten. We zien de toppen de Langtang en Ganesh bergen, die ten noorden van Kathmandu liggen en na ongeveer 30 minuten vliegen zien we de massieven van Manaslu en Annapurna. Na aankomst in Pokhara, transfer naar ons hotel. Na check-in hebben we tijd vrij om Pokhara te verkennen en een wandeling langs het meer te maken. Avondeten ergens in een leuk restaurant aan het meer.
dag 5 naar Pokhara-Jomosom-Kagbeni, 20 minuten vliegen, 2 uur lopen, 2850 meter
We moeten vroeg op, want hopelijk vliegen we in de vroege ochtend van Pokhara naar Jomson. Een spectaculaire vlucht die de route van de Rond de Annapurna trektocht volgt. We vliegen over het dorpje Ghorepani en dalen af in de Kali Gandaki vallei tussen Dhaulagiri (west) en Annapurna (oost).
Onze trektocht begeleiding wacht ons op in Jomsom en we zullen beginnen met een vroege lunch. Daarna worden de lastdieren bepakt en starten we met een korte eerste wandeletappe .
Strikt gesproken ligt Jomsom (en diverse andere dorpjes meer zuidwaarts) in het gebied bekend als Mustang, maar het gesloten gebied van Upper Mustang begint pas bij Kagbeni. We volgen de bedding van de Kali Gandaki en komen na zo’n 3 uur aan in Kagbeni. Kagbeni is een interessant dorpje, dat ons laat proeven van de soort nederzettingen die we tijdens onze trektocht vaker zullen doorkruisen. Terugkijkend hebben we door de kloof van de Kali Gandaki uitzicht op Nilgiri (6940 meter) links en Dhaulagiri (8167 meter) rechts van de vallei. (2-3 uur, 2850m).
NB: De reis begint heel anders als door bijvoorbeeld weersomstandigheden de vlucht van Pokhara naar Jomson wordt geannulleerd. Het worden enerverende dagen als we de 2-daagse rit per jeep of mini-bus ondernemen van Pokhara, via Beni naar Jomsom en Kagbeni. Hoe de conditie van de weg is blijft altijd de vraag en het risico dat je één of meerdere keren moet overstappen is altijd aanwezig.
dag 6 Kagbeni naar Chele 5 uur lopen, 3050 meter
Op deze dag volgen we ‘helaas’ deels de ‘dirt road’ langs de rivier waarbij we meerdere dorpjes passeren. Het landschap is fascinerend divers. De rotsen in verschillende kleuren en de bizarre zandsteen sculpturen tegen een staalblauwe hemel maken de wandeling heel bijzonder. We klimmen soms geleidelijk en dalen dan weer af tot een rivier of een rivierbedding die we moeten oversteken. Na ruim 3 uur lopen gebruiken we de lunch in een appelboomgaard in Tangbe of Chuksang.
De middagetappe is korter dan de ochtendetappe. Opvallend zijn de holen in de ons omringende rotswanden. Sommige holen zijn onderzocht door bergbeklimmers/onderzoekers en beschreven in National Geographic.
We passeren een ijzeren brug over de Kali Gandaki en klimmen steil omhoog naar Chele, waar onze volgende kampplaats is. (5-6 uur, 3050 m).
dag 7 naar Shyammochen, 7 uur lopen, naar 3560 meter via 3800 meter
Vanuit Chele stijgt het pad direct stevig en lopen we in de richting van de allereerste pas van Mustang, die we na ongeveer 2 uur bereiken. Elke dag kunnen we uitgebreide beschrijvingen geven van de geweldige contrasten in dit landschap: perfect groene oases rond (kleine) dorpjes, rode zandsteen rotsen, de (meestal) blauwe hemel! Het is een genot om hier te wandelen. Lunch in het dorp Samar.
Vanuit Samar klimmen we naar een volgende pas en dalen vervolgens wederom af in een dal. We passeren een grote chorten in de typische kleuren rood, zwart, geel en wit. Er groeien hier veel jeneverbesstruiken, die worden gebruikt bij allerlei Boeddhistische rituelen in kloosters, maar ook ‘privé-huizen, door ze in brand te steken in een rookpot(je).
Het pad dat we volgen blijft op en neer gaan, van vallei naar vallei, van bergkam naar bergkam. Via Bhena en Yamda klimmen we naar een laatste pasje en dalen af naar Syangboche, een kleine nederzetting op 3800 m met een aantal lodges (7 uur, 3560m).
dag 8 via Ghami naar Dhakmar, 6 uur lopen, 3800 meter
Ook op deze dag beginnen we met een stijging naar een pas op 3700 m. In het volgende zijdal houden we links aan bij een splitsing en komen via een hoge route langs Zaite aan op de Nyi La (4000 m). Deze pas vormt de zuidelijke grens van Lo. De afdaling vanaf de Nyi La is geleidelijk en ongeveer een half uur na de pas komen we weer bij een splitsing. Rechts gaat het pad naar Tsarang, maar wij houden links aan naar de Ghami La en dalen daarna af naar Ghami, waar we relatief laat lunchen (3500 m).
Ghami is een groot dorp met veel huizen en flink wat landbouwgrond, waar helaas maar een deel van gebruikt kan worden vanwege problemen met het irrigatiesysteem. Behalve een politiecheckpost is er in dit dorp een gompa die met lokaal geld gerestaureerd wordt. De dorpelingen en priesters laten liever geen vreemdelingen meer toe tot het klooster, omdat er in 1992 een paar belangrijke tanka`s gestolen zijn.
Van Ghami naar Dhakmar is het slechts een wandeling van 2 uur. Na een korte afdaling en rivier-oversteekklimmen we naar een zoveelste pasje. We dalen geleidelijk af en genieten onderweg van de adembenemende uitzichten! Dhakmar ligt in een lieflijk groen dal met een brede, meanderende stroom. De meeste heuvels die ons omringen hebben grijze en gele pasteltinten, maar er is één reusachtige wand van rood gesteente, helemaal versneden in ontelbare pilaren, die voor een schitterend contrast zorgt. (6 uur, 3800 m)
dag 9 via Lo Gekar (Gar Gompa) naar Lo Manthang, 6-7 uur lopen, 3900 meter via 3950 meter
We wandelen eerst door de uitgestrekte nederzetting voordat we naar het noorden afslaan en een smalle kloof ingaan. Overal om ons heen zien we prachtige zand-schelpen-steen sculpturen en waarschijnlijk zal de crew ons wijzen op blauwschapen die we vanwege hun schutkleur zelf nog niet hadden opgemerkt. De klim naar de pas is hier en daar steil en de hoogte laat zich voelen, we houden hier dus een rustig tempo aan. Aan het einde van de helling lijkt het pad afgesloten door grote rotsen. Maar dankzij de wapperende gebedsvlaggen weten we dat we tussen de rotsen door kunnen klimmen naar de top van de pas op 4200 m hoogte, die op de meeste kaarten Mola Bhanjyang genoemd wordt.
Na de pas dalen we weer af naar een klein dorpje, Lo Gekar genaamd, waar we lunchen. Ook al is dit plaatsje maar klein, hier bevindt zich wel het op-een-na-belangrijkste klooster van Upper Mustang: Ghar Gompa, letterlijk vertaald Huis Klooster. De gompa is rijk versierd met schilderingen, beelden en grote gebedsmolens. Helaas kunnen we niet van te voren weten of er een sleutelbewaarder in de buurt is, het is dus nooit zeker of we de Gompa in kunnen.
Na de lunch klimmen we vrij steil naar de laatste pas van deze dag, de Marang La, 4250 m hoog die ons op een soort weidse hoogvlakte brengt waarover we in noordelijke richting verder wandelen tot een breed zadel, met vele stenen gemarkeerd. In de verte onder ons zien we Lo Manthang liggen, de ommuurde ‘hoofdstad’ van Upper Mustang. Het is een mooi moment om in gedachten even terug te gaan in de tijd en te bedenken hoe verscholen de stad eeuwen geleden lag tussen Nepal en Tibet in. (7 uur, 3900 m).
dag 10 verblijf Lo Manthang
De hoogtepunten van de stad Lo Manthang zelf zijn de grote Lakhangs, kloosters en het koninklijk paleis. De koning is al oud, maar als hij aanwezig is en zich fit voelt kunnen we nog steeds audiëntie aanvragen. Hierbij is het gebruikelijk een witte sjaal, de kata, met daarin enkele honderden roepies als geschenk aan te bieden.
De Champa Lhakang is een hoge tempel uit de vijftiende eeuw die alleen via de tweede verdieping betreden kan worden. In de tempel zit een groot kleibeeld van Matreia, de toekomstige boeddha, op een voetstuk dat de hele benedenverdieping beslaat. De muren van de tempel zijn beschilderd met mandala`s (symbolische figuren die voor meditatie gebruikt worden) die bijna twee meter in doorsnee zijn.
De Thugchen Gompa is een rode tempel in het hart van de stad. De centrale hal wordt gedragen door grote houten pilaren die uit dezelfde tijd stammen als de Champa Lakhang. De schilderingen in de beide tempels komen ook van de hand van de zelfde artiest. In deze tempel staan verder standbeelden van Sakyamuni (de historische Boeddha), omringd door beelden van Avelokiteshvara (een duizendarmige bodhisatthva: iemand die de verlichting al heeft bereikt maar op aarde terugkeert om de mensen uit hun lijden te helpen), Vaisravana (de god van de rijkdom) en Padhmasambhava (de heilige die het Boeddhisme in Tibet een plaats heeft gegeven en die de boze geesten van het Bon Po-geloof heeft verjaagd). Een van de muren van de tempel is volledig verwoest en op de andere muren zijn fresco`s zijn in verschillende staat van verval te zien. In de aankomsthal staan reusachtige beelden van Lokapala, beschermers van de vier windrichtingen.
De twee andere tempels staan in het noordelijke deel van de stad. De Chyodi Gompa is de belangrijkste tempel en bevat tientallen bronzen standbeelden, waarvan er veel in Lo Manthang zelf gemaakt zijn. Het is niet toegestaan foto’s te maken van deze beelden, want men vreest dat bekendheid van de beelden tot diefstal zou kunnen leiden.
Het paleis van de koning is een indrukwekkend gebouw van vier verdiepingen in het centrum van de stad. De huidige koning heet Jigme Parbal Bista en beheert de beste paarden en fokt verschillende soorten honden. Hoewel zijn plichten voornamelijk ceremonieel zijn wordt hij zeer gerespecteerd door de bevolking. Men vraagt hem vaak om advies bij conflicten en politieke zaken. Een interessant detail is dat de koning zijn oorspronkelijk Tibetaanse naam heeft veranderd in een Nepalese naam. Dit zie je ook terug bij Manangi’s en Khampa’s die in Nepal wonen en zo proberen beter te integreren in de Nepalese samenleving. (3730 m).
Buiten Lo Manthang kun je een bezoek brengen aan Tinkhar, waar het zomerpaleis van de koning is. Maar vooral Chosar is de moeite van een bezoek waard vanwege een aantal prachtige gompa’s, waarvan er één in de rotsten is gebouwd, en de vele oude holwoningen. De holwoningen zijn onder begeleiding van een gids te bezoeken. Een zeer bijzondere ervaring voor diegenen die zich in gedachten enigszins kunnen verplaatsen naar (wederom) het leven dat zich hier eeuwen geleden afspeelde. De wandeling naar Chosar duurt heen en terug zo’n 6 uur.
dag 11 Lo Manthang - Yara of Dhi gaon 3550 m 5 uur lopen
Vandaag beginnen we de wandeling over de dirt road naar Tsarang, maar na ongeveer een uur houden we links aan richting (zuid-) oosten. Het pad loopt in de richting van een paar heuvels die in de zon een prachtige gouden gloed hebben. Het is geen moeilijk traject, met hier en daar mooi uitzicht op de Annapurna-keten.
Na dit relatief ‘vlakke’ traject begint opeens de steile afdaling naar Dhi, waarbij het pad nog meer dan eerst uit stof en losse stenen bestaat, opletten dus! Dhi is een typisch Mustang-dorp dat duidelijk minder vaak wordt bezocht dan de dorpjes aan de andere kant van de Kali Gandaki-vallei. Toch zijn er ook hier al enkele lodges en bij één daarvan overnachten we (5 uur, 3550 m).
dag 12 Yara - Luri gompa 3850 m 3-4 uur
Van Dhigaon dalen we weer eens af naar een rivierbedding om aan de andere kant weer te gaan klimmen. We klimmen langs het laatste ‘echte’ dorpje Yara. Daarna duurt de tocht naar Luri Gompa nog zo`n 2 uur en voert door een vrijwel (meestal) droge rivierbedding. Luri Gompa is een bijzondere plek met twee 300 jaar oude, kleine kloosters, waarvan er één grotendeels in de rotsen ligt.
Een schitterende, mystieke plek om het kamp op te zetten, alvorens we morgen de bewoonde wereld voor ruim een week verlaten. (3 - 4 uur, 4100 m).
dag 13 Luri gompa - Ghuma Thati 4850 m
Er volgen een aantal lange, zware dagen tijdens welke we de 5000m grens gaan voor het eerst gaan overschrijden. We lopen vanuit het kamp door de vallei omhoog langs een aantal kharka`s naar een pasovergang op ongeveer 5000 m hoogte. Hiervandaan hebben we het laatste uitzicht richting valleien van Upper Mustang en we kunnen bij helder weer voor het eerst de besneeuwde flanken van de Damodar-bergen zien. Langzaamaan betreden we het leefgebied van de ‘Snow Leopard’ en we kunnen hier herders met kuddes geiten en soms yaks tegenkomen en hier en daar zien we weer blauwschapen. Daarnaast is er grote kans dat we fossielen vinden.
Overnachten doen we op een mooie, kleine grasvlakte, Gyumathati genaamd, naast een onderkomen voor pelgims. (8 uur, 4850m).
dag 14 Ghuma Thati naar meertjes van Damodar 8-9 uur 4975 m
Aan het eind van deze etappe weten we waarom we de dag erna een rustdag hebben!
Vroeg in de ochtend starten we onze tocht met een lunchpakket in de rugzak. We dalen eerst af in een diepe kloof met mogelijk wat steenslaggevaar en steken de rivier over middels een gammele brug. Daarna steil omhoog en over weidse hoogvlaktes naar de eerste pas van circa 5200 m hoogte.
Het landschap bestaat uit rots en stenen, stenen en rots. De vallei die ons naar een pas van 5400 m leidt is breed, het pad is een vaag zandspoor en begroeiing is er nauwelijks.
Vanaf de pas zien we in de verte onder ons de meren van Damodar en verderop aan de rivier een kampplaats van herders. Het duurt nog een paar uur voordat we bij die kampplaats zijn. Enkele tientallen meters hoger, op een plateau, zetten we ons kamp op. Hopelijk staat in ieder geval de keukentent al, want dan kunnen we op deze grote hoogte bijkomen met warme thee of een kom soep. (8 - 9 uur, 4970m).
dag 15 Reserevdag
Als we deze dag als rustdag kunnen gebruiken, is het spannend om de omgeving te verkennen en te zoeken naar de sporen van de Snow Leopard en zijn prooi: blauwschapen. Ook een kleine wandeling naar de boeddhistische tempel tussen de meren is de moeite waard.
dag 16 naar het `Japanse` basiskamp Saribung 5250 m
Hoger en hoger klimmen we over de uitlopers van het Tibetaanse Plateau, met her en der nog steeds fossielen. Het pad is in het begin nergens lastig en we voelen ons nietig in deze ‘lege’ wereld. Niets herinnert ons nog aan de dorpjes en de mensen van Mustang.
De paden worden smaller en we volgen uiteindelijk een spoor vlak langs de rivierbedding volgt. Een niet lang, maar redelijk lastig deel van de tocht. Uiteindelijk komen we aan in een soort basiskamp, ook wel Japanese Basecamp genoemd, waar een grote chorten staat, gebouwd -hoe kan het anders- door de Japanners. (4 uur, 5250m).
dag 17 Naar High camp of onder de Saribung La 4 uur 5750m
De komende dagen kennen een zeer ‘open’ programma. Veel hangt af van de gesteldheid van de deelnemers, maar natuurlijk ook van de weersomstandigheden.
In de planning klimmen we vandaag naar een High Camp. Dit kan aan de oostkant van de Saribung La zijn, op de Saribung La of er zelfs overheen!
In ieder geval is het vandaag een overgangsdag, we betreden nu echt het hooggebergte en komen aan op de gletsjer die we volgen tot op de Saribung en er voorbij!
We beginnen de tocht over morene-puin aan de oostzijde van de gletsjer en we volgen steenman-markeringen. Een korte, lastige passage volgt als we de gletsjer op gaan, maar daarna is de wandeling over hier en daar ijs maar merendeels puin, verbazingwekkend eenvoudig. Er is maar één echt ‘probleem’ en dat is de hoogte waarop we ons bevinden. Hopelijk zijn we goed geacclimatiseerd zover en niet al té kortademig!
Kamp wordt opgezet op een morene, midden in de gletsjer. Geen comfortabel kamp en als de zon onder gaat zeker koud….. Het uitzicht op de ons omringende bergen maakt een hoop goed!
(4 uur, 5750m).
dag 18 en 19 naar High Camp South/ over Saribung La (6050m) , 4-5uur 5830m
NB: Dagen voor de beklimming van Saribung!
De Saribung-beklimmers staan vroeg op en vertrekken rond 4 uur. Na een uur volgt een vrij steile beklimming van de pas die we na circa 2 uur bereiken, de 6000 meter-grens is gehaald!
Vanaf de pas loopt de route zuid-oost richting Saribung top, de berg is ‘slechts’ 300 meter hoger dan de pas en de beklimming is een ‘eenvoudige’ gletsjer-tocht bergop. De hoogte zal zich zeker laten gelden, maar het uitzicht vanaf de top maakt heel veel goed!!!
Na het genieten op de top volgt zoals vaak de lange en vermoeiende afdaling. We dalen eerst af tot de Saribung La, over hetzelfde spoor dat we omhoog volgden. Daarna dalen we niet af naar de linker kant, maar naar de rechter kant, de oost-helling van de pas.
Het hangt van vrij veel factoren af waar het kamp na de beklimming komt te staan. Eerste mogelijkheid is de vlakke gletsjer onder de pas, hoogte zo’n 5800m.
Als door goede omstandigheden de bekliiming echter vanaf de Saribung La wordt uitgevoerd, dan kan een kamp veel lager -en dus comfortabeler- worden opgezet.
Al met al kan de klim 8, maar ook 10 uur duren!
dag 20 richting Phu, Nagoru 4uur (4400m), evt. mogelijkheid 3de beklimming Saribung
Veel zal afhangen van de invulling die we de afgelopen dagen hebben gekozen, maar in ieder geval zijn we onderweg naar de Tibetaanse nederzaetting Phugaon (gaon - dorp).
Dat neemst niet weg dat de paden vooralsnog niet overal even eenvoudig zijn, zeker niet als we nog enkele gletsjer-uitlopers moeten passeren. De bergwereld om ons heen is nog steeds imposant en een kampplaats als Bhrikuti Basiskamp of Nagoru zullen we ons lang blijven herinneren. (4 - 6 uur, 500m of 4400m).
dag 21 naar Phu 5 uur 4160 m
Vandaag bereiken we Phugaon. En het zal weer van eerdere dag-etappes afhangen hoe lang de dagtocht van vandaag is. Hoewel we ons nog steeds op grote hoogte bevinden, treffen we steeds meer sporen aan van (tijdelijke) bewoning en worden de wandelpaden steeds ‘eenvoudiger’. Wat overigens niet wil zeggen dat er niet geregeld geklommen en gedaald moet worden. Soms dalen we de rivier uit een zijdal over en klimmen, na de rivier overgestoken te zijn, weer omhoog. Na een aantal van deze ervaringen bereiken we een `nieuw` pad dat de verbinding tussen Tibet en Manang vormt.
We lunchen vandaag wat later in een verlaten dorp met een gompa in de rotswand. Na de lunch wandelen we eerst weer bergop waarna eindelijk een lange afdaling naar Phu volgt. Het duurt nog even voordat we het dorp zelf ontwaren, eerst zien we namelijk het klooster van Phu op een heuvel liggen en deze heuvel ontneemt lang het zicht op Phu zelf. In de Himalaya zijn 108 zeer belangrijke kloosters gebouwd om de anti-boeddhistische demonen te verjagen. Het klooster bij Phu, Tashi Lakhang, is er één van.
Phu is trapsgewijs gebouwd op een helling, waarvan je de stabiliteit in twijfel kunt trekken. De tijd lijkt hier te hebben stilgestaan, maar dat is niet vreemd voor een vallei die tot voor kort een ‘Verborgen Vallei’ werd genoemd. De bewoners van de vallei hebben alles weg van Tibetanen en niets van de Nepalese landgenoten die lagere regionen bewonen. Uitzicht op Chako, Gyaji Kang en nog veel meer hoge en mooie bergen!
(4 - 6 uur, 4100m).
dag 22 naar Junam Chat 5-6 uur 3800 m
We verlaten het dorp Phu via de toegangspoort en lopen langs de rivier door een soms zeer smalle kloof met loodrechte wanden en vreemdsoortige rots-sculpturen. Hier en daar passeren we oude ruïnes van Khampa-nederzettingen. Nergens is de wandeling eentonig en soms is het pad uitstekend, soms ook weer net niet!
We lunchen in Kyang en in de middag vervolgen we de tocht naar Junamghat, een prachtige kampplek tussen de dennenbomen. (5 - 6 uur, 3750m).
dag 23 naar Nar 4-5 uur 4200 m
We dalen af naar de rivier, het laatste deel over een soms steil spoor tussen wit zandsteen door, naar een oude en een nieuwe brug over de rivier. Van hier (3500m) gaat het eerst weer steil omhoog, maar de tocht wordt in het tweede deel vlakker. Als we geen ‘packed lunch’ mee hebben genomen zullen we bij een kleine waterplaats de ‘hot lunch’ gebruiken. We betreden de Nar-regio door een toeganspoort, klimmen soms over yak-muurtjes en bereiken door de open velden het mooi gelegen dorp. (4 - 5 uur, 4200m).
dag 24 naar Kang La Phedi 3 uur 4630 m
Een korte en prettige wandeling vanochtend, richting de Kang La pas. We slenteren door het dorp en volgen de irrigatie-kanaaltjes die de velden van water voorzien. Daarna stijgen we geleidelijk naar een groot en weids plateau dat leidt naar Kang La Phedi. De hele kam van de Pisang Himal ligt voor ons en als we terugkijken zien we o.a. de prachtige Gyaji Kang weer aan de horizon in het oosten. Hoewel de wandeling eenvoudig is klimmen we toch zo`n 600 meter naar het kamp. Dit gebied wordt zelden bezocht door anderen dan de lokale herders en staat ook bekend als "snowleopard land". Goed opletten en uitkijken dus! Na de lunch in het kamp hebben we tijd om te relaxen en ons klaar te maken voor een vroeg vertrek morgenochtend. (3 uur, 4650m).
dag 25 naar Humde 8 uur 3400 m
Deze lange, maar schitterende dagtocht begint met de klim naar de Kang La. Allereerst kijken we vanaf een steeds hoger gelegen punt op alle hoge bergen achter ons, maar op de pas (5350m) aangekomen staat de imposante muur van het Annapurna-massief voor ons!
Het is een lange afdaling naar Humde. We lunchen ergens bij de eerste vlakke plek in het gras, tussen de jeneverbesstruiken. Na de lunch via Ngawal naar de bodem van de vallei waar we stuiten op een weg in aanbouw en de ‘klassieke’ Annapurna-route. (3300m, 8 uur).
dag 26 naar Koto 6 uur 2670 m
We lopen over de Annapurna-route naar het einde van de tektocht. We passeren dorpjes als Pisang, Bhratang en Chame en zien de omgeving veranderen. Het droge Tibetaans aandoende landschap maakt plaats voor meer een meer groene omgeving. Met de verandering van natuur, verandert ook de cultuur: We laten de Tibetaanse cultuur achter ons en verruilen die voor de Hindoe-cultuur. Koto is het einddoel van vandaag. (6 uur 2670m).
dag 27 naar Tal 7 uur 1660 m
Het is enigszins ongewis waar de trektocht precies ophoudt. Als de weg in aanbouw vermeden kan worden dan doen we dat en lopen we naar Tal. (7 uur, 1660m).
Maar, het kan best zo zijn dat we al ergens op lokaal transport stappen en richting Bulbule rijden.
Aan het einde van de trektocht worden de fooien uitgedeeld, tovert de kok nog vaak eenmaal de lekkerste dingen uit de keuken en eindigt de dag met zang en dans!
dag 28 Tal - bus Kathmandu
Vandaag nog één keer vroeg op voor de lange rit terug naar Kathmandu. We passeren Besisahar en komen na een uur of 3 à 4 aan in Dumre. Dumre ligt aan de hoofdweg die Kathmandu met Pokhara verbindt. Over de hoofdweg is het nog zo’n 4 à 5 uur rijden naar Kathmandu. Hierbij moet worden aangetekend dat alles afhangt van de verkeersdrukte. (7 - 9 uur, 1300m).
Een schitterende Himalaya-doorsteek, langs de grens van Nepal en Tibet, is ten einde!
dag 29 Kathmandu
Een dag Kathmandu ter afsluiting.
dag 30 en 31 aankomst Amsterdam
`s Avonds vertrek uit Kathmandu, de volgende dag komen we aan in Amsterdam.